Enchanting Ronse
Twee pockets gingen mee naar Parijs. Vrij willekeurig gekozen. Veel boeken heb ik niet bewaard en uit de kleine boekenkast koos ik deze vooral omdat ze allebei ongeveer even dun zijn. In een café of op mijn kamer kon ik ze dan lezen. "The Enchanter" van Vladimir Nabokov had ik nog steeds niet gelezen en de verhalenbundel "Met een voet in het graf" van Bob den Uyl kende ik al maar ik herlees hem graag. Juist in zijn droge zinnen zitten prachtige vondsten.
Ik las beide boeken tegelijk, een paar pagina's van de een bij de koffie, een stuk in de ander bij een maaltijd onderweg.
Ergens in België zat ik aan tafel in een wegrestaurant, bij de verlaten speelhoek voor kinderen. Een meubel was gemaakt voor kinderboeken maar er stond geen boek. Zou het kinderseizoen voorbij zijn, of is alles (uitvouwboeken, leesboeken, boeken met knoppen en geluiden) gestolen?
Ik merkte dat beide boeken elkaar ergens kruisen. Het verhaal "In 't groene dal" gaat over een man die door België fietst. Als hij wil vertrekken uit Ronse overvalt hem een zware migraine en hij zoekt stilte en afzondering in een park. Daar vallen hem een paar dingen op. "Niet weinig Ronsenaren liepen langs mijn bankje, wandelend of op doortocht, met de speciale gelaatsuitdrukking van mensen die van de natuur genieten."
De hoofdpersoon van Nabokovs boek zit ook in een park. Een pedofiel die ervan droomt om als Robinson Crusoe op een onbewoond eiland te zitten in alle vrijheid "to grow savage" met een "little female Friday."
In Ronse komt een meisje voorbij: "Een ander de aandacht trekkend bezoek werd gevormd door twee kinderen, broer en zus, die op het grasveld vóór de muziekschelp een partijtje badminton poogden te spelen. Door verregaande onkunde en een te sterke wind kwam het er niet erg uit."
In The Enchanter: "A violet-clad girl of twelve (he never erred), was treading rapidly and firmly on skates that did not roll but crunched on the gravel as she raised and lowered them with little Japanese steps and approached his bench through the vriable luck of the sunlight."
Den Uyl: "Het zoeken naar een meer geschikte plaats bracht een uitbundig heen en weergeloop met zich mee, waarbij ik opmerkte dat het meisje, misschien een jaar of dertien met ontluikend figuur, mijn uit noodzaak geboren belangstelling heel goed in de gaten had. Bij het passeren van mijn bank kreeg ze steeds die merkwaardige houding over zich die bij onrijpe meisjes als uitdagend geldt. Het broertje, een jaar of acht, had niets in de gaten, die liet zich gewillig door alle hoeken van het park meeslepen. Na een kwartiertje gehannes met de pluimbal verdwenen ze, om na een uurtje terug te keren en de vertoning nog eens op te voeren."
Nabokov: "Subsequently (for as long as the sequel lasted), it seemed to him that right away, at that very moment, he had appreciated all of her from tip to toe: [...] the way the folds of her skirt moved; their succinctness and soft concavities; the slenderness and glow of her uncaring legs; the coarse straps of the skates. [She] used her free hand to undo the straps and with them the entire weighty mass of the steel soles and solid wheels. Then, returning to earth among the rest of us, she stood up with an instantaneous sensation of heavenly barefootedness, not immediately recognizable as the feel of skateless shoes, and went off, now hesitantly, now with easy strides, until finally [...] she took off at full tilt, swinging her liberated arms, flashing in and out of sight, mingling with a kindred play of light beneath the violet-and-green trees."
Het meisje bij Nabokov heeft geen jonger broertje, maar een oudere vrouw die op haar past. Ze zit naast de verteller.
Wat gaan de mannen doen?
"`Your daughter,' he remarked senselessly, `is a big girl already.'"
Het spel staat op de wagen en het loopt slecht af. Kort voor het einde dwaalt de man door een duister hotel, waar kamerdeuren verwisseld lijken, verdiepingen verdwenen en waar een trap hem naar een opslagruimte brengt. Hij ziet er een skelet van een bed dat uitsteekt "with an air of fatality." Genoeg om hem te waarschuwen zou je denken.
De fietser van Den Uyl lijkt ook zijn lust te projecteren op het kind maar hij heeft meer gezond verstand: "Ik paste er wel voor op door houding of gebaar de ontwakende voortplantingsdrift bij het meisje aan te moedigen. Ik had al zorgen genoeg en voelde er weinig voor als seksmaniak door de gendarmerie te worden opgepakt."
Er komt een bruidspaar met veel familie en een fotograaf. Door de harde wind lukt het niet goed met de groepsfoto, de sluier blijkt onhandelbaar.
Gaandeweg voelt de fietser zich beter en "Opeens had ik de onverklaarbare behoefte mijn seksuele jeugdervaringen op papier te zetten, openhartig en onverbloemd, zodat iedereen ervan zou opkijken."
Hij koopt papier bij een bibliotheek annex schrijfwarenhandel en hij stuurt zijn verhalen ("Trouwens, vijf blocnotevellen over seksuele jeugdervaringen was weer eens meer dan voldoende. Zo schokkend waren ze nu ook weer niet.") aan de juffrouw van de schrijfwarenhandel.
Het Parijse hotel was trouwens erg prettig. Het Luxembourg park is er om de hoek. Ik zag er 's ochtends veel Parijzenaren hardlopen. Volgende keer loopschoenen mee.
Reacties